ontstaan

Enkele inwoners van Zemst-Laar besloten in 1874 de "Vereniging O.L. Vrouw van Scherpenheuvel" op te richten, met de intentie dat haar leden jaarlijks te voet op bedevaart naar O.L. Vrouw in Scherpenheuvel zouden gaan. Tot de stichters behoorden Louis Brielens, Johannes Ceuppens, Philip Christiaens, Jozef Goovaerts, Franciscus Spruyt, Johannes Spruyt, Judocus Troch, Isidoor Verhaeren en Corneel Vermoessen. Het bedevaartkruis werd geschonken door Dorothea Wauters. Het bestuur van fanfara "Willen is Kunnen" besloot dat enkelen van haar spelende leden de bedevaarders mochten vergezellen om de zang van bedevaartliederen muzikaal te begeleiden. De eerste muzikanten die meestapten, waren Pieter De Valck, Edmond Fierens, Norbert Gaudaen, Petrus Van Hemelryck, Johannes Van Herp en Alfons Van Herp. De voetbedevaart werd na enkele jaren een echte volksbeweging, waaraan vele Zemst-Larenaars deelnamen. Johannes Ceulemans en Désiré Van der Meulen stelden zich met paard en kar ter beschikking om de bagage in Hever op te laden en de lange tocht voor de bedevaarders aldus wat lichter te maken.

 

Vanaf 1954 gebeurde dit met een vrachtwagen van Jean Van der Aa, Marie-Louise Van Steenwinkel en Jos Jacobs. Onderpastoor Jozef-Pieter Uydens was de eerste proost van de bedevaarders. Hij stimuleerde de mensen van Zemst-Laar om mee op bedevaart naar Scherpenheuvel te gaan.  Spoedig groeide het aantal deelnemers uit tot bijna alle volwassen inwoners van de parochie. Ook personen van andere dorpen gingen mee, zoals uit Eppegem, Grimbergen, Hofstade, Hombeek, Humbeek, Mechelen, Weerde en Zemst-Centrum.

 

De eerste kruisdragers (die de groep bedevaarders voorafgingen) waren achtereenvolgens Frans De Craen, Frans Ceulemans, Edmond Andries, Jos Holmstock, Frans Spruyt, Jos Christiaens, Eddy Christiaens en Karel De Wit. In 1926 werd Jos Vermoesen bezieler en leider van de voetbedevaart (in navolging van onderpastoor

Jozef-Pieter Uydens); daarna Louis Ceuppens. Samen met Jan Van Dijck stelde hij een bedevaartboekje samen, waarin alle informatie en liederen in verband met de voetbedevaart werden verzameld. Verschillende bedevaarders gingen vijfentwintig- of zelfs vijftigmaal mee naar Scherpenheuvel.

 

De voetbedevaart begint met een biechtviering en een mis op dinsdagavond vóór Ons Heer Hemelvaart om 18.30 u. in de kerk van Zemst-Laar. De voetbedevaarders komen de volgende morgen om 4 uur samen aan deze kerk en vertrekken onmiddellijk. Vervolgens begeven de bedevaarders zich naar hun logement ('Christus Oog' of de paters Salvatorianen) om zich te verfrissen. Om 16.45 u. worden ze verwacht aan de basiliek. Dan stappen ze driemaal rond de kerk, bidden ondertussen de rozenkrans en maken een kruisweg. Hiernaa gaan ze driemaal rond het hoofdaltaar. Om 18 u. gebeurt er, tot slot van deze dag, een misviering waarin alle bedevaarders aanwezig zijn.

 

Ze verzamelen opnieuw aan de basiliek om 4 u. op Jezus 'Hemelvaartdag'. Na een kort gebed, een afscheid, een "tot weerziens" en een collecte voor de chauffeurs van de vrachtwagen wordt de terugtocht aangevat. Langs dezelfde weg stappen de bedevaarders terug naar Zemst-Laar (met halten in Aarschot, Werchter, Hever en omstreeks 15-16 u. aan de kapel van O.L.Vrouw van Scherpenheuvel in Zemst-Laar). Een danklof in de parochiekerk besluit de bedevaart.

 

Op 30-31 mei 1973 werd de voetbedevaart voor de honderste keer georganiseerd. Jefke Vermoesen maakten hierover een enthousiast verslag onder de titel "Honderd maal Laar-Zemst - Scherpenheuvel, heen en terug! 30 en 31 mei 1973 - 't Was schoon! 't Was prachtig! 't Was machtig!"

 

100 jarig jubileum

Jefke Vermoesen vertelt!

 

"Honderd maal Laar-Zemst - Scherpenheuvel, heen en terug! 30 en 31 mei 1973 - 't Was schoon! 't Was prachtig! 't was machtig!"

 

Een jubelbedevaart om nimmer te vergeten! Zonnige dagen gingen de honderdste voetbedevaart vooraf, waardoor het de ijverige werkers makkelijk werd de laatse voorbereidselen uit te voeren. Leider Jefke Vermoesen, samen met enkele stoere kerels, waaronder G. Van der Meulen en J. Metdenancxt, reden naar Schiplaken. De sparren die de Dorpsstraat en Kapelstraat moesten versieren, vielen onder Jos' ronkende zaag één na één ten gronde. 't Was een groot werk om alles uit het bos te brengen naar een plaats waar chauffeur Jean Meysmans, samen met Pierre Verbeyst, ze kwamen opladen. Nog dezelfde namiddag werden gaten geboord in de keiharde grond door mannen als Georges Van der Meulen, Alex Slachtmuylders, Erwin Van der Rijck, Danny Van Capellen en Paul Peeters waarbij de oudste ijveraar Frans Ceulemans niet ontbrak. De sparren werden geplaatst en herschiepen weldra de Humbeeksebaan in een geurige dreef. Het was een hele karwei om de vlagjes aan te brengen die vanuit de kerktoren neerdaalden. Ze waren het symbool van de genade Gods die door de voorspraak van O. L. Vrouw van Scherpenheuvel over de parachie gedurende die honderd jaren voetbedvaart neerkwam. Karel Meeus, Paul Verbeeck, Guillaume Rheinhard en de onverpoosde werkers van het eerste uur brachten dit alles weer in orde, met de hulp van onze pastoor.  Een vrouwenteam zorgde voor verdere versiering. Om enkele bekende gezichten te vernoemen: Marie Lemmens, Jeanne Lemmens, Maria Willems, Nieke van Kerres, Moe Wis, Clara, enz.

 

Aan de kapel van O. L. Vrouw van Scherpenheuvel werd een nieuw, prachtige verlichting aangebracht door François Ceulemans. Proficiat jongen! Victor De Kleermaeker zorgde voor  waterafleiding en de grondwerken, terwijl G. Van der Meulen, Jos Buelens en Jefke Vermoesen alles verder afwerkten zodat nu de mensen meer plaatsruimte gekregen hebben. Zeer wel gedaan jongens! De kapel, altijd goed in orde, werd voor deze gelegenheid nog eens helemaal in het nieuw gezet. Voor de dakverf zorgde Leon Moerenhout (Eternit) uit dankbaarheid ten opzichte van onze hemelse Moeder. We wensen de buren veel geluk en zegen voor de vele bloemen. Jeanne en Maria De Roeck plus Germaine Van der Meulen. Ik breng er jullie daarvoor een extra hulde.

 

Nu werd het dinsdagavond 29 mei. Biechtviering om 19 uur, gevolgd door de plechtige eucharistieviering, opgeluisterd door ons zangkoor en waarin alle zieken van de parochie, onze verdienstelijke stichters, onze overledenen en alle parochianen aan de Heer in gebed werden aanbevolen. Onder leiding van Rik Willems, onze koster, werd het een prachtige inzet.

 

Woensdagmorgen om vier uur. Het vertrek van de feestelijke, jubilerende voetprocessie. Schoon om zien. Bedevaarders uit Zemst waren speciaal naar Laar gekomen en wilden van in het begin met hun zusters en broeders pelgrims van Laar, samen één geheel vormen. Al biddend en zingend luidde het: "Het roep ons pelgrims allen op, komt naar Maria's woon!" De buren van de kapel waren al uit de veren en de verlichting van de kapel zette de omgeving in een helder licht. Het was als een verzinnebeelding. Ga genade putten aan de bron en breng ze voor gans de parochie mee. En zoals het dikwijls gebeurt, de baan naar de hemel loopt lang moeilijke wegen. De regen viel haast zonder ophouden en vroeg aan onze bedevaarders een nog zwaarder offer. Maar 't ging verder. En met moed en zonder klagen ging het naar de heuveltop. Of er gebeden en gezongen werd ... En intenties kwamen en bleven komen ... Wat moet een mens allemaal niet vragen? Op het voorziene uur kwamen we in Scherpenheuvel aan. De bedevaarders per autocar en de mensen die met hun eigen auto waren afgekomen, stonden ons op te wachten en sloten aan bij de

110 voetbedevaarders, waaronder 19 die voor een eerste maal de tocht hadden meegemaakt. Proficiat en houd vol!

 

Het plechtige danklof werd aan het altaar voorgezeten door onze pastoor en de gezangen werden door de bedevaarders uitgevoerd. E.H. Peeters, onderpastoor van Scherpenheuvel, die reeds twintigmaaal na mekaar onze bedevaarders begroette te Scherpenheuvel, had er zelfs aan gehouden een feestpreek uit te spreken. Hij bracht een warme hulde aan al de vereerders van Maria en vooral aan hun leider Jefke Vermoesen die dit jaar voor de vijftigste maal zijn bedetocht hield en voor de vijfenveertigste keer de bedevaart leidde. Door E.H. Peeters werd een speciale hulde gebracht, gepaard gaande met de uitreiking van de bijzondere medaille van

O. L. Vrouw aan Melanie Lauwers (die haar zilveren jubileum vierde) en aan Jefke Vermoesen (voor zijn gouden jubileum). De plechtigheid werd besloten met het plaatsen van het miraculeuze beeld van Onze Lieve Vrouw op het hoofd van iedere bedevaarder. Er scheen haast geen einde vaan de ceremonie te komen. De meer dan 350 Larenaren en andere bedevaardrs werden zo onder de bescherming van O. L. Vrouw gesteld.

 

Om 18 uur vond een plechtige mis plaats, met als hoofdcelebrant onze pastoor, Fideel Van Campenhout. Hij werd bijgestaan door E.H. Kortleven, pastoor van Scherpenheuvel en door Pater Bart, onderpastoor van Humbeek. Pastoor Kortleven hield de gelegenheidspreek. De mis werd opgeluisterd door het parochiekoor van Zemst-Laar en door alle bedevaarders meegezongen.

 

Na de misviering van 2.30 uur, die in een geest van dankbaarheid werd opgedragen, begonnen we met nieuwe moed en vol vertrouwen aan de terugweg. Na regen komt zonneschijn, want zie, ons doel was bijna in zicht en de regen hield op. De paraplu's hadden goede dienst gedaan en de moeilijkheden van de tocht werden met veel geduld gedragen. Het ergste was nu achter de rug. Bij het zien van de Kapelstraat fleurde iedereen op. De kapel was mooi versierd gelijk trouwens al de huizen langs onze weg, want iedereen had meegedaan. 't Was dan de leider die de heugelijke gebeurtenis in aller naam toelichtte en de aanwezige muziekmaatschappij en toehoorders oprecht en innig dankte. Hij bracht bovendien een speciale hulde aan Melanie Lauwers, die haar zilveren jubileum vierde, en dankte nogmaals alle aanwezigen voor het in de voetbedevaarders gestelde vertrouwen. We weten allen dat onze pastoor zich onvermoeibaar heeft ingezet om de Mariale devotie te bevorderen. Dat werd dan ook te onderstreept in de welkomstgroet waarin hij tevens de wens uitdrukte dat de jubileumbedevaart een nieuwe inzet zou mogen zijn van een nieuwe eeuw waaronder Maria getrouwe bedevaarders in hun dagelijks leven zouden uitmunten door die schone deugden van dienstbaarheid en naastenliefde.

 

Vervolgens kwamen de burgemeester, schepenen en enkele raadsleden hun oprechte dank betuigen. Ze wensten hun proficiat en als bewijs van genegenheid werd een gedenkschotel vanwege de gemeente Zemst aangeboden en een tegemoetkoming geschonken. Daarna overhandigde de burgemeester, in naam van de minister van Cultuur, Jos Chabert, een herinneringsmedaille aan Frans Ceulemans, Louis Van Hemelryck, Jan Verbergt en Jefke Vermoesen, omdat ze vijftigmaal of meer hadden deelgenomen aan de voetbedevaart. Onder leiding van Frans Bal werd vervolgens door de muziekmaatschappij het lied "Naar Scherpenheuvel" gespeeld. Het werd door de menigte uit volle borst meegezongen.

Langs de bevlagde huizen ging het nu naar de parochiekerk. De voetbedevaarders werden voorafgegaan door de schooljeugd met het onderwijzend personeel, Chiro, jongens en meisjes van K.L.J., K.V.L.V., "Boerengilde", gepensioneerden, "Mariagezinnen", burgerlijke en geestelijke overheid, ere-schoolhoofden, veldwachter, koster, jubilarissen en nog vele, vele anderen. De muzikanten van de voetbedevaarders wisselden af met dezen van de fanfare en van het trommelkorps.

 

Een laatste keer werd halt gehouden aan de kapel van O.L. Vrouw van Lourdes bij de familie Tersago waar nog drie weesgegroetjes werden gebeden voor al onze zieken. Dan ging het naar de parochiekerk die propvol liep. De feestelijke gebeurtenis werd besloten met een plechtig danklof en al onze bedevaarders trokken tenslotte wel vermoeid naar huis.

 

Ik wil eindigen met dezelfde woorden waarmede we dit verslag begonnen: Het was schoon. Het was prachtig. Het was machtig!

 

Jefke Vermoesen

Kapelletje van Scherpenheuvel in Zemst-Laar

De mensen van Zemst-Laar hadden reeds vele jaren een bijzondere devotie tot Onze Lieve Vrouw van Scherpenheuvel. De voetbedevaarders, met hun leider Jos Vermoesen, wensten een kapel te bouwen ter ere van Onze Lieve Vrouw.

Het zou de eerste kapel zijn in een andere parochie dan in Scherpenheuvel, toegewijd aan Moeder Maagd.

 

Burgemeester Louis Lauwers en de gemeenteraad gaven toelating om op de gemeentegrond aan de herberg "De Verbrande Hoef" de kapel te bouwen.

Twaalf mensen uit de parochie zamelden 15 000 fr. in. Jos Vermoesen, Jef Vermoesen, Frans Ceulemans, Petrus Verbeyst, Jan Verbergt, Jeanne Willems, Jan Van Dyck, Frans Van Moer, Louisa De Doncker, Maria Lemmens, Tony Doms, Karel De Wit.

 

Op 11 november 1955 werd de eerste steen gelegd door de voorzitter en schatbewaarder van de Scherpenheuvelvereninging. Vele bedevaarders hielpen mee aan de bouw van de kapel.

 

Op 6 mei 1956 brachten de voetbedevaarders zelf het beeld dat door hen betaald werd, mee. Voorlopig werd het in de kerk geplaatst omdat de kapel nog niet klaar was.

 

Op 15 augustus 1956 werd het beeldje dan plechtig naar de kapel gedragen, samen met alle voetbedevaarders, chiro en b.j.b. meisjes en jongens, de KWB, de boeren- en boerinnengilde, bond van het H. Hart, onderwijzers en E. zusters en de schoolgaande jeugd, vele parochianen en vertegenwoordigers van de voetbedevaart van Humbeek en Nieuwenrode.

De geburen hadden een prachtige versiering aangebracht, 's avonds werd het geslaagde wijdingsfeest besloten met vuurwerk en een aangepaste verlichting.

 

De kapel wordt nog steeds door de familie Frans Buelens-Jeanne De Roeck en de geburen zeer goed onderhouden.

 

Om de vijf jaar wordt er rond 15 oogst een plechtigheid ingericht aan de kapel van O.L.Vrouw van Scherpenheuvel.